Wettelijke interestvoet daalt tot 2,75%

De wettelijke interestvoet die gebruikt wordt in burgerlijke en handelszaken, daalt stevig. Van 4,25% in 2012, naar 2,75% in 2013. De wettelijke interestvoet blijft het hele jaar geldig.

Eerst contractuele, dan wettelijke interestvoet

Als één van de partijen die betrokken is bij een overeenkomst, niet tijdig betaalt, kan de tegenpartij de achterstallige som mét interesten opeisen. In principe wordt de interest aangerekend die bedongen is in het contract zelf. Pas als daarover geen afspraken gemaakt zijn, geldt de wettelijke interestvoet. De wettelijke interestvoet wordt gevormd door de 12-maands Euribor-rentevoet van de maand december (0,542%) af te ronden naar het hogere veelvoud van 0,25% (0,75%) en te verhogen met 2%. Dat brengt ons op 2,75%.

Niet voor.

De wettelijke interestvoet is niet van toepassing:

  • in fiscale zaken. Daar geldt een specifiek tarief van 7% (!). Ook als de fiscale wetten naar de wettelijke interestvoet verwijzen. Alleen wanneer expliciet van dit tarief wordt afgeweken, geldt de ‘gewone’ wettelijke interestvoet;
  • in sociale zaken. Sinds 2009 geldt in sociale zaken dezelfde interestvoet als in fiscale zaken. Dus 7%;
  • bij handelstransacties tussen ondernemers onderling, of tussen ondernemers en aanbestedende overheden over het leveren van goederen of het presteren van diensten. De interestvoet voor deze handelstransacties wordt om de 6 maanden vastgelegd. Het percentage voor het eerste semester van 2013 werd nog niet officieel bekendgemaakt, maar zou 8% bedragen. Opgelet! Voor bepaalde specifieke transacties tussen ondernemers onderling, of tussen ondernemers en overheid, geldt de wettelijke interestvoet wél. Evenals voor alle transacties tussen ondernemingen en consumenten onderling;
  • bij overheidsopdrachten die onder de Algemene Aannemingsvoorwaarden (AAV) vallen. Daar gold in 2012 een specifieke interestvoet van 3,25% of 3% voor oude overheidsopdrachten, en van 8% voor nieuwe overheidsopdrachten. De nieuwe cijfers zijn nog niet bekend. Voor overheidsopdrachten die niet onder de AAV vallen, geldt de wettelijke interestvoet.

Bron : Algemene administratie van de thesaurie, Mededeling over de wettelijke interestvoet (BS 9 januari 2013, p. 773)